Dementie

Wat is dementie?

Dementie wordt veroorzaakt door een stoornis in de hersenen. Een veelvoorkomende oorzaak is de ziekte van Alzheimer. Kenmerkend voor dementie zijn de geheugenstoornissen die steeds erger worden. Daarnaast kunnen er andere stoornissen optreden, zoals gedragsproblemen en veranderingen in karakter.

Taal- en/of spraakproblemen

Stoornissen in taal en/of spraak kunnen bij alle vormen van dementie voorkomen. De verschijnselen van dementie verschillen per persoon en per ziekte.
Bij een taalstoornis kan iemand zijn gedachten en/of ideeën niet meer goed omzetten in woorden, zinnen en een verhaal; er kunnen problemen zijn met het begrijpen van gesproken en geschreven taal. Een spraakstoornis betreft alleen de spraak: woorden en zinnen worden niet duidelijk uitgesproken. De taal en/of spraakstoornissen kunnen verschillen per persoon. Dit heeft te maken met de manier waarop de hersenen veranderen door de dementie. Met het erger worden van de ziekte krijgt de persoon met dementie steeds meer moeite om duidelijk te maken wat hij bedoelt en om anderen te begrijpen. Vaak blijven personen met een ernstige vorm van dementie wel gevoelig voor zinsmelodie, toonhoogte en lichaamstaal. Primair progressieve afasie (PPA) vormt een aparte categorie. Bij deze vorm van dementie zijn taalproblemen de eerste signalen van de dementie.

Eet- en drinkproblemen

Bij personen met dementie kunnen in alle stadia van de dementie problemen ontstaan rondom het eten en drinken.
Deze problemen kunnen verschillende oorzaken hebben, zoals verminderde eetlust, het niet begrijpen hoe of waarom te eten en drinken, het niet kunnen eten door bijvoorbeeld een kauw- of slikstoornis, een droge mond, gebitsproblemen.
Slikstoornissen kunnen ontstaan door problemen in de aansturing van de spieren of er kan sprake zijn van een plaatselijke beschadiging in de structuur van het weefsel in de mondholte (bijvoorbeeld door een operatie) waardoor het slikken minder goed gaat. Bij slikstoornissen horen klachten als verslikken, moeite hebben met kauwen, het blijven hangen van voedsel. Slikstoornissen kunnen lichamelijke gevolgen hebben zoals ongewenst gewichtsverlies of een longontsteking.

Wat doet de logopedist?

De logopedist neemt een taal-, spraak- en/of communicatieonderzoek af. Daarnaast observeert de logopedist hoe de persoon met dementie communiceert met de mensen in zijn omgeving. Afhankelijk van de diagnose die de logopedist stelt, wordt er een logopedische behandeling gestart. In de behandeling zal alles er op gericht zijn om de communicatie tussen de cliënt en zijn omgeving zo goed mogelijk te laten verlopen. Indien mogelijk traint de logopedist de cliënt om zich op een andere manier te uiten, bijvoorbeeld met behulp van een agenda of een ‘communicatieboek’. Bij problemen in het begrijpen van taal en bij ernstiger dementie wordt de samenwerking met de partner en de omgeving nog belangrijker. De logopedist informeert de partner en de omgeving van de persoon met dementie over de aanwezige taal- en/of spraakstoornissen. De logopedist geeft adviezen zodat de gesprekspartner weet hoe hij zich kan aanpassen aan de communicatieve mogelijkheden van de persoon met dementie.
Wanneer er sprake is van eet- en/of drinkproblemen, dan voert de logopedist een slikonderzoek uit en stelt vast in welke fase van het slikproces de stoornis zich bevindt. Vaak observeert de logopedist tijdens de maaltijd hoe het eten en drinken gaat en hoe de persoon met dementie daarbij geholpen wordt door zijn omgeving. Na het afronden van het logopedisch onderzoek en het stellen van de logopedische diagnose, stelt de logopedist een behandelplan op. Hierbij wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van landelijke richtlijnen. Het doel van de interventie kan zich richten op het verminderen van het probleem met eten en drinken (bijvoorbeeld verslikken), het verbeteren van de voedingstoestand en/of het met meer plezier eten en drinken. Vaak worden er adviezen aan de omgeving van de persoon met dementie gegeven.

Samenwerking met andere disciplines

Bij mensen met dementie werkt de logopedist werkt soms samen met andere disciplines. Er kan bijvoorbeeld hulp ingeroepen worden van een fysiotherapeut of oefentherapeut Mensendieck in verband met de houding bij het eten en drinken. De psycholoog kan om advies worden gevraagd over de benadering van de persoon met dementie.

Verwijzing

Behandeling geschiedt na verwijzing door een arts (huisarts, geriater, neuroloog). De behandeling kan (op aanvraag van een arts) indien nodig bij iemand thuis plaatsvinden.

Informatie

Meer informatie kunt u vinden op de volgende websites:
www.hersenletsel.nl
www.hersenstichting.nl
www.alzheimer-nederland.nl

Scroll naar boven